EXCLUSIEF - Interview met Warner Hahn

DORDRECHT – Hij stond op het veld met Christian Eriksen, Ricardo van Rhijn en Nicolai Boilesen. In tegenstelling tot Warner Hahn (20) slaagden zij er wel in om door te stromen vanuit de jeugd naar het eerste elftal van Ajax. Nu keept de Rotterdammer bij FC Dordrecht en dat vindt hij helemaal niet erg. “Een mooie springplank voor mezelf.” TEKST: Jurriën Schuiringa Toen Jasper Cillessen ruim een jaar geleden naar Ajax kwam, wist Hahn eigenlijk al voldoende. Hij zou vierde keeper worden in Amsterdam, want ook Kenneth Vermeer en Jeroen Verhoeven stonden hoger in de pikorde. Speelminuten maken in het eerste was dan ook verre van realistisch. Dan nog maar een jaartje bij de beloften spelen. “Ik heb vaak met Vermeer, Cillessen en Verhoeven mogen meetrainen bij Ajax, maar zij zijn nu simpelweg beter. Ooit kan ik dat niveau ook halen, maar daar is het nu nog te vroeg voor”, vertelt Hahn in gesprek met Voetbal Centraal. Geen aanpassingsproblemen Hahn weet wat hij kan, is reëel. En dus stelt hij zich zeer tevreden met een club als FC Dordrecht. Niet tot het einde meestrijden om het kampioenschap in de Jupiler League, maar ook niet vechten tegen degradatie. Gewoon lekker meevoetballen. “Die competitie is niet te vergelijken met de Eredivisie voor beloftenteams. Daar wordt echt heel anders gespeeld. Toch had ik geen aanpassingsproblemen toen ik hier kwam. FC Dordrecht heeft veel jonge spelers die allemaal hogerop willen. Tijdens de trainingen zie je ook dat iedereen beter wil worden.” En ook Hahn, die al zijn hele leven woonachtig is in Rotterdam (“ik zie geen reden om daar weg te gaan”), wil iedere week stappen maken. Om uiteindelijk uit te komen bij een mooie club uit de Engelse of Duitse competitie. “Het lijkt me mooi om daar ooit te mogen voetballen. Maar nu speel ik bij FC Dordrecht en heb het hier prima naar mijn zin. Toch is dit zeker niet mijn eindstation, ik zie de club als een ideale springplank”, aldus Hahn. Maar ver in de toekomst kijken doet hij echter niet. “Eerst maar eens een goed jaar draaien hier.” NAC Breda Zijn keuze voor FC Dordrecht was bewust. Tegenwoordig gaan veel talenten direct voor het hoogst haalbare. Hahn is de onverstandigste niet en besloot om voor het toekomstperspectief te kiezen. Dat was er in Zuid-Holland voor de sluitpost. In tegenstelling tot Breda, waar hij ook zijn carrière kon vervolgen. Maar alleen als tweede keeper. “Het was heel duidelijk. NAC wilde mij hebben als back-up voor Jelle ten Rouwelaar. Maar ik vond niet dat het tijd was om op de bank te gaan zitten. En bovendien: Ten Rouwelaar is een goede, stabiele keeper en draagt de aanvoerdersband. Die was ik niet snel gepasseerd denk ik.” En als één keeper voorbijstreven al lastig is, was de strijd aangaan bij Ajax helemaal een onmogelijke opgave geweest. “Toen het contract van Verhoeven afgelopen zomer niet werd verlengd, besloot Ajax een andere talentvolle jeugdkeeper door te schuiven (Mickey van der Hart, red.). Hij werd de derde man achter Vermeer en Cillessen. Voor mij was geen ruimte meer. Nog een jaar bij de beloften was geen optie. Niet voor mij, maar ook niet voor Ajax.” De Boer, Bergkamp en Grim Desondanks heeft Hahn zijn Amsterdamse periode, die in totaal vier jaar heeft geduurd, als zeer positief ervaren. Hij werd getraind door grootheden als Frank de Boer en Dennis Bergkamp, maar ook van Fred Grim stak hij in de A1 veel op. “Hij was ook keeper, dat maakte het natuurlijk extra leuk. De Boer was daarvoor mijn trainer, tot het moment dat hij hoofdcoach werd bij Ajax 1. Ik heb een fantastische tijd gehad in Amsterdam. Als je op het veld mag staan met oud-topvoetballers, leer je elke dag.” Veel spelers die nu in het eerste elftal van Ajax uitkomen, kent Hahn nog van De Toekomst. “Christian Eriksen, Ricardo van Rhijn, Mitchell Dijks”, somt hij op. Hij denkt nog even na. “Lorenzo Ebecilio, Ruben Ligeon, Jody Lukoki, Nicolai Boilesen. Ik vergeet er vast nog wel een paar.” Hij volgt de wedstrijden van zijn oude ploegmakkers met veel interesse. “Als het kan, kijk ik elke wedstrijd.” Toch heeft Hahn geen echte voorkeur. “Supporter ben ik niet nee. Ik kijk net zo lief naar een wedstrijd van Feyenoord.”